God greep in
Martijn van Loon gaat in zijn studententijd aan de kust wonen om meer te kunnen windsurfen. Een studiegenoot van Werktuigbouwkunde haalt hem over om mee te gaan golfsurfen. Zijn eerste surfsessie is op Scheveningen Zuid in 1999, op wat in de volksmond Big Wednesday werd genoemd. Een flinke Noordwesterswell zorgt voor manshoge golven op de surfspot. De eerste sessie zorgt niet meteen voor de beste ritten, maar de stoke pakt hem en laat niet meer los. Surfen wordt voor even zijn nieuwe geloof.
Martijn is opgevoed door zijn ouders met het besef dat God er is. Toch heeft hij als kind nooit echt een persoonlijke relatie met God. Op zijn 24ste heeft hij het helemaal gehad in Nederland. Hij voelt zich vaak chagrijnig en depressief en besluit op reis te gaan. Weg uit Nederland, om op een mooie plek te gaan surfen. Dat verlangen brengt hem naar Zuid-Afrika, waar hij veel mensen ontmoet die een persoonlijke relatie met Jezus hebben. De golven in Jeffreys Bay zijn waanzinnig, maar toch maakt dat hem niet per se blij. Telkens als hij op plekken komt waar mensen met God bezig zijn, proeft hij iets van echte blijdschap. Hij ziet iets in hun leven wat hij ook wil. Als het echt is, want het lijkt te mooi om waar te zijn.
Martijn merkt dat hij nog steeds vaak down is en hij heeft moeite om dankbaar te zijn. Tijdens een uurtje God danken en aanbidden met andere gelovigen kan hij het al niet over zijn lippen krijgen om dankbaar te zijn voor een boterham. Op aandringen van anderen probeert hij toch God te gaan danken voor alles wat hij heeft. Als hij dat gaat doen merkt Martijn dat zijn terneergeslagen en depressieve gevoelens beginnen te verdwijnen. Hij begint fysiek Gods aanwezigheid te ervaren. Dit inspireert hem om een keuze voor Jezus te maken. Tijdens een dienst laat hij voor zich bidden en op dat moment voelt het voor hem alsof er een wind langs hem heen blaast. Hij krijgt een intense rust over zich en voelt Gods liefde voor hem. Of zoals Martijn het zelf zegt: God greep in mijn leven in.
Bij terugkomst in Nederland trouwt Martijn met zijn vriendin Lianne en samen gaan ze terug naar Zuid-Afrika. Ze voelen zich er erg op hun plek in de kerk, dus tot hun eigen verrassing krijgen ze toch heimwee naar Nederland. Na veel bidden wordt het Martijn en zijn vrouw Lianne duidelijk dat ze een kerk moeten beginnen in Scheveningen om zo de liefde van Jezus met de mensen te delen. Terug in Nederland nodigen ze mensen uit in hun huis: het begin van een nieuwe kerk. Het begint op dinsdagavonden die ze naast hun werk organiseren. Naarmate de kerk groeit steekt Martijn er steeds meer tijd in. Op den duur besluiten hij te stoppen met zijn toenmalige baan en wordt hij fulltime voorganger. Samen met Lianne leidt hij Reality in Scheveningen. Ze zijn gezegend met drie kinderen.
Surfen is nog steeds een belangrijk onderdeel van zijn leven. Het brengt hem dicht bij Gods schepping: de natuur. Als Martijn in het water ligt ervaart hij des te meer hoe gaaf en mooi God alles heeft gemaakt en is hij dankbaar dat wij ‘spelend in Gods grote achtertuin’ mogen genieten.
Dit is een lichte bewerking van het origineel uit de Surfbijbel. Zie www.surfbijbel.nl.